Eén en ander blijkt uit de meest recente cijfers van ‘Health at a Glance’, de balans die de organisatie van de rijke industrielanden opmaakt over de gezondheidszorg in de lidstaten. Nemen we beide cijfers samen, dan stranden we binnen de 30 OESO-landen, met 18,8 gezondheidsmedewerkers per 1.000 inwoners, op een tweede plaats na Noorwegen. Mogelijks geven de Noorse cijfers zelfs een vertekend beeld want zij houden ook rekening met vele ‘hulpverpleegkundigen’ die niet professioneel actief zijn. Opvallend is dat België in beide beroepscategorieën hoog scoort, terwijl andere landen doorgaans minder artsen telen wanneer zij veel verpleegkundigen tellen, en omgekeerd.
Efficiëntie
Dat hoge aantal gezondheidsmedewerkers maakt de gezondheidszorg in ons land eerder duur. De sector slorpt iets meer dan een tiende van het bruto binnenlands product op. Daarmee staan wij op de vijfde plaats. Efficiënter is onze gezondheidszorg blijkbaar niet, want we scoren maar matig in de kosten-batenanalyse als we de levensverwachting als criterium nemen. Japan, Italië, Australië en Spanje daarentegen zijn koplopers op dit vlak. De VS bengelen helemaal onderaan met zowat de duurste gezondheidszorg en een levensverwachting onder het gemiddelde