[Partner Content] Revalidatieziekenhuis, gezondheids- en woonzorgcentrum BZIO is een middelgrote organisatie met een 330-tal medewerkers. De was? Die werd al jaren uitbesteed. Een strategische keuze, want zo kon BZIO zich beter focussen op hun core business, toch? “Klopt. Maar niet als de nadelen zwaarder beginnen doorwegen dan de voordelen”, vertelt Jeroom Dewitte, stafmedewerker bij BZIO.
Een externe wasserij is meer gespecialiseerd en kan de dienst in theorie dus beter, efficiënter en goedkoper organiseren. De laatste jaren zag BZIO de kwaliteit van dienstverlening echter sterk achteruitgaan. “Kleding kwam terug met scheuren, vlekken, verkleuringen, gemixt met die van andere zorginstellingen. Daarnaast werd de doorlooptijd vaak niet gerespecteerd met stockbreuken tot gevolg. Aangezien het wasproces buiten onze muren plaatsvond, zaten wij met een grote blinde vlek.”
Hoge strategische waarde
Een oplossing drong zich op. In eerste instantie zag BZIO drie mogelijkheden: onderhandelen met de huidige aanbieder, veranderen van aanbieder of de was inbesteden. “Die beslissing wilden we uiteraard kunnen onderbouwen. Daarom zijn we een onderzoek gestart waarbij we beter wilden begrijpen waarom organisaties kiezen voor in- of outsourcing. Hierbij hebben we ons gebaseerd op de ondersteunende theorieën Resource Based View (RBV) en Transaction Cost Economics (TCE).”
Onderaan de lijn wist BZIO dat de beslissing een belangrijke was. “Het wasproces heeft een hoge strategische waarde omdat de outcome een grote impact heeft op patiënten, medewerkers en het imago van onze organisatie. In dat geval hou je het proces volgens de RBV-theorie best intern. Tegelijkertijd klopte het ook niet meer dat outsourcing de meest efficiënte beheersstructuur was (TCE). Verborgen kosten en een enorm oplopende cost of poor quality zorgden ervoor dat de transactiekosten te hoog opliepen.”
Een gunstig kosten-batenplaatje
Om na te gaan of BZIO in staat was om zelf in te staan voor het wasproces, startte de organisatie een pilootproject van 15 weken waarin een groot deel van de was zelf werd gedaan. “Ondanks het gebruik van gewone huishoudelijke machines zagen we meteen het verschil: de kleding was witter, frisser, schadevrij en er waren quasi geen stockbreuken.” Vervolgens restte de vraag welke kostprijs een volledige omschakeling teweeg zou brengen. Hiervoor nam BZIO contact op met Miele Professional.
“Miele Professional voerde voor ons (gratis) een zeer gedetailleerde investeringsanalyse uit en attendeerde ons op een aantal aandachtspunten. De keuze voor kreukherstellende kledij was de belangrijkste. Doe je dit niet, moet de kledij na het wassen gestreken worden en dit zorgt ervoor dat de kosten te hoog oplopen. Onderaan de lijn bleek snel dat de kostprijs per kilogram over de eerste vijf jaar lager was. Een pluspunt, maar de belangrijkste incentive was uiteraard de kwaliteit.”
Nieuwe interne wasruimte in gebruik
In samenwerking met Miele Professional richtte BZIO de nieuwe wasruimte in. Vandaag zijn vier nieuwe industriële wasmachines plus twee droogkasten in gebruik. “Voorgeprogrammeerde machines aangedreven door groene energie, een aparte machine voor moppen en microvezels, en extra features zoals automatische wasmiddelendosering dragen bij tot een praktische en duurzamere oplossing. Bij de keuze om te gaan insourcen was iedereen meteen mee in het verhaal. Bijkomend hebben we ook minder voorraad nodig: in plaats van vijf setjes per medewerker, zijn dat er nu drie.”
Insourcing van het wasproces kan dus een efficiëntere en groenere oplossing zijn dan outsourcing. Toch werkt de strategie niet voor iedereen. “Dit is zeer organisatieafhankelijk. Het kostenplaatje ziet er voor iedereen anders uit, je moet de ruimte hebben, er is sprake van een overstapkost en een begininvestering, en ook een succesvolle implementatie is cruciaal. Alleen dan leidt het tot een betere oplossing.”
Lees ook op ZORG Magazine: